Trump en de tech-trawanten
%3Aformat(jpeg)%3Afill(f8f8f8%2Ctrue)%2Fs3%2Fstatic.nrc.nl%2Fbvhw%2Fwp-content%2Fblogs.dir%2F114%2Ffiles%2F2019%2F01%2Fdijkgraaf-robbert-online-homepage.png&w=1280&q=100)
De koploper schiet zichzelf in de voet en de wereld kijkt verbaasd toe. In de Verenigde Staten zien we onder president Trump een ongekende aanval op universiteiten, onderzoeksinstituten en de wetenschap zelf. Budgetten worden gekort, klimaatonderzoek geschrapt, vaccins ondermijnd. Na tachtig jaar mondiale dominantie lijkt Amerika niet langer de waarde in te zien van zijn kostbaarste bezit.
Nu is er binnen de Republikeinse partij een lange traditie van vijandigheid tegenover de wetenschap. Ten tijde van president George W. Bush verscheen al een boek met de veelzeggende titel The Republican War on Science. Traditioneel bevinden de anti-wetenschappelijke krachten zich enerzijds in evangelisch-christelijke hoek en anderzijds binnen het gevestigde bedrijfsleven, met name de fossiele industrie. De eerste vindt dat de wetenschap morele en ethische grenzen overschrijdt, bijvoorbeeld in stamcel- of embryo-onderzoek; de tweede juist dat ze onnodig grenzen oplegt aan het vrije ondernemerschap. Deze twee stromingen vinden elkaar in een gezamenlijke afkeer van overheidsingrijpen – of het nu in het leven of de economie is.
Maar het verrassende element anno 2025 is dat een derde partij zich bij deze coalitie heeft aangesloten: de tech right. Deze invloedrijke groep in Silicon Valley, met Elon Musk als luidste exponent, paart een libertaire visie op de samenleving met een heilig vooruitgangsgeloof in technologie. Hun vijandigheid tegenover de wetenschap is vooral verrassend omdat de techwereld traditioneel de grootste begunstigde is van overheidsfinanciering van onderzoek. Zonder de decennialange enorme militaire en ruimtevaartuitgaven – meer dan de helft van al het federale onderzoeksbudget gaat naar defensie – zou de halfgeleiderindustrie in Californië er nooit zijn gekomen.
Waarom bijten deze technologische pioniers de hand die hen voedt, of hakken zelfs de hele arm af? Waar anders worden hun ingenieurs opgeleid dan aan dezelfde topuniversiteiten die nu worden aangevallen? En waarom juist nu, midden in de AI-revolutie die minstens zo invloedrijk en winstgevend zal blijken als de komst van computers, het internet en sociale media?
Er zijn op z’n minst drie ideologische beweegredenen. Allereerst belichaamt de wetenschap in de ogen van deze techno-optimisten de oude wereld die op haar einde loopt. Universiteiten lijden volgens hen aan innovatie-atrofie en bureaucratische wildgroei met steeds meer regels en gedragscodes. Op de campus waart de gedachtepolitie rond die studenten indoctrineert met verlammende woke-ideologie. Dit alles staat de ruwe scheppingskracht van entrepreneurs in de weg. Niet voor niets startte mega-investeerder Peter Thiel, de geestelijk vader van de tech-trawanten, een beurzenprogramma voor studenten om met hun studie te stoppen en een start-up te beginnen.
Dit alles gebeurt in een tijd waarin veel baanbrekend onderzoek van de publieke naar de private sfeer verschuift. De vijf grootste Amerikaanse technologiebedrijven investeerden vorig jaar zo’n 250 miljard dollar in R&D, het dubbele van de publieke uitgaven van heel Europa. Een groot deel daarvan gaat naar gigantische datacentra, die wel evenveel stroom kunnen vragen als een stad van een miljoen inwoners. Deze trend voedt een tweede drijfveer: mensen zijn oud nieuws, want computers en robots gaan het onderzoek overnemen. Menselijke intelligentie wordt zwaar overschat. Binnenkort hebben we, in de woorden van Dario Amodei, de maker van chatbot Claude, „een land vol genieën in een datacentrum”. Nadat Musk Twitter had overgenomen, kon driekwart van het personeel vertrekken. Nu zijn onderzoekers aan de beurt.
Duurzaamheid, ethiek en vertrouwen zijn vloekwoorden voor de libertaire tech-industriëlen
De derde drijfveer vind ik de meest onthullende: de wetenschap is niet verweekt of irrelevant, maar juist te dominant. Het onderzoek dat het meest onder vuur ligt, is juist de kennis die relevant is voor beleid en politiek – onderwerpen als klimaat, milieu, infectieziekten en sociale ongelijkheid. Allemaal problemen die zich op mondiale schaal manifesteren en om een wereldwijde aanpak vragen. Deze roep om een ‘wereldregering’ maakt de wetenschap in de ogen van deze technologen zo bedreigend. In een recent interview zei de gelovige Thiel dat mondiale technologieregulering de moderne manifestatie van de antichrist is – het beest uit Openbaring dat vanuit de afgrond oprijst om de wereldheerschappij te grijpen. Pogingen om de aarde te redden staan de nieuwe industriële revolutie in de weg. In het Techno-Optimist Manifesto van de invloedrijke investeerder Marc Andreessen zijn de nieuwe vloekwoorden termen als duurzaamheid, ethiek, vertrouwen en het voorzorgsprincipe. In dit omgekeerde denken zijn de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties de ware vijand. En dat alles uit de mond van industriëlen die zelf werelddominantie van hun diensten nastreven.
Nu is het een gemakzuchtige reflex om dit alles af te schrijven als ‘Amerikaanse toestanden’. Maar keer op keer zien we dergelijke gektes met een paar jaar vertraging over de Atlantische Oceaan waaien. Nederland blijkt dan een vruchtbare landingsplaats met zijn westwaartse oriëntatie en losgeslagen politiek. De eerste zaadjes zijn al geplant. Ook in de Tweede Kamer wordt de wetenschappelijke consensus over klimaat en biodiversiteit weggezet als activisme en worden universiteiten beschreven als elitaire broedplaatsen van woke-gedachtegoed. Er klinkt zelfs de roep om een Nederlandse versie van de kettingzaag van Musk.
Van Karl Marx is de befaamde uitspraak dat revoluties de locomotief van de wereldgeschiedenis zijn. Dit geldt zeker voor de wetenschap. Technologische revoluties hebben ons leven onherkenbaar veranderd, van de stoommachine tot de computer.
Maar is het niet net omgekeerd, vroeg de Duits-Joodse filosoof Walter Benjamin zich af. Zijn revoluties niet juist een poging van de treinpassagiers om aan de noodrem te trekken en de geschiedenis te stoppen? De wetenschap heeft een tweeledige rol: als locomotief van de vooruitgang, maar ook als rem om de trein van de geschiedenis op de rails te houden.
nrc.nl