Literatuur | De juiste liefde bij de verkeerde persoon
Wat is er mis met een literair establishment dat een schrijver als Klaus Ungerer door de mazen van het net laat glippen? We komen later op het mogelijke antwoord, want dat is alleen te benaderen met een korte blik op het werk van deze auteur. Zijn nieuwe boek leent zich hier bijzonder goed voor. "Nachtfahrt", een bundel met elf "verdwijnverhalen", die Ungerer onlangs heeft uitgebracht op zijn eigen label "delablå", is een dwarsdoorsnede van zijn werk. Het bundelt bijdragen uit 30 jaar, waarvan het titelboek uit 1997 tot de beste behoort. Ungerer was toen 28 jaar oud, en de volwassenheid die in dit werk tot uiting komt, is verbluffend.
We bevinden ons aan boord van een schip dat in het donker over de Oostzee vaart. De ik-verteller staat aan de boeg, prikt een sigaret op en noemt het een "walgelijke nicotinebrij, die verloren over de zee dobbert en nooit kan zinken." Een eerste alinea die ons alles vertelt over de gemoedstoestand van deze man. Of toch niet? Dat ik-vertellers in goede teksten fundamenteel wantrouwen verdienen, wordt al gesuggereerd door de tweede alinea, die spreekt over "schuimmaagden", een verrassende wending die ons waarschuwt voor wat de volgende pagina's zullen brengen. Voorzichtig, aarzelend, maar vooral fantasierijk, treden we binnen in de geest van een man die ons met elke regel verder het onbekende in duwt, waar het zicht op het grotere geheel steeds duidelijker wordt.
"Ik zal je niet meer verlaten": Wanneer deze laatste zin in de geest is verdwenen, ontvouwt zich in het verhaal een existentiële pijn waarvan de vreemde schoonheid nog lang nagalmt.
Het mooie van poëzie is dat inhoud en feiten secundair blijven. Literair vertellen draait in de eerste plaats om taal, dat wil zeggen om gevormd proza. Dit heeft altijd muzikale facetten. Net als een goed lied kan een verhaal overladen lijken als er te veel stralende woorden en tonen in het tekstuele landschap voorkomen. Ungerer beheerst de kunst van het adjectief echter als weinigen, wat wellicht ook te wijten is aan het feit dat veel schrijvers in dit land geschoold zijn in het Wolf-Schneider-purisme en niets meer vrezen dan de opgestoken wijsvinger van de redacteuren van de babyboomgeneratie, die er vooral van houden om vermeende kitsch aan de kaak te stellen door adjectieven als voorbeeld te gebruiken. Ungerer neemt een risico en geeft zijn werk daarmee een kenmerkende bewerking.
Neem bijvoorbeeld de korte novelle "A Sweet River to Dive In". Als er één overkoepelend thema is, dan is het wel het vinden van de juiste liefde in de verkeerde persoon. Deze wonderlijke tekst onderzoekt wat het betekent om je werkelijk bewust te zijn van de korte tijd tussen geboorte en dood. Emotionele lyriek doordringt dit proza, geschreven in de tweede persoon enkelvoud, dat meer draait om tonen dan om beweren, meer om voelen dan om doen. Ungerer omzeilt de bombast met maximaal gecondenseerde beschrijvingen van drinken en dansen, van geneukt en verlaten worden. Taal bevat altijd meer dan één laag; het individuele woord overstijgt zijn semantische dimensie. Tegen de tijd dat de laatste alinea, met de zin "Ik zal je niet meer verlaten", in je gedachten is verdwenen, ontvouwt dit verhaal eindelijk die ene, ultieme existentiële pijn, waarvan de vreemde schoonheid nog lang nagalmt.
Als je enkele andere bijdragen in de bundel leest, kun je wild speculeren over wat voor soort leeuwenklauwbrouwsel de auteur gedronken zou kunnen hebben voordat hij schreef. Neem "Last", een korte, hermetische tekst over een man die een tienjarige in de bus ontmoet en wiens daaropvolgende gesprek hem opwindt. Of "Seasonal Disease", waarin de waanzinnige tirade van een reisleider op de busmicrofoon wordt beschreven. In een ander verhaal is het waarschijnlijk dat het schrijfmiddel een Noord-Duits bier was, het merk dat in de jaren negentig op televisie werd geadverteerd met een liedje dat ook deze tekst zijn titel gaf: "Sail Away". De gesprekken van de overdreven ijdele jonge professionals in dit nogal bruut humoristische stuk doen op fatale wijze denken aan de hedendaagse narcisten op sociale media.
Klaus Ungerer omschrijven als een literaire versie van Brian Wilson zou natuurlijk een grove en aanmatigende overdrijving zijn, maar net zoals de onlangs overleden meesterbrein van de Beach Boys decennia geleden met het album "Pet Sounds" alle registers open trok en zich van de mainstream van zijn industrie en delen van zijn eigen band vervreemdde, zo heeft Ungerer hier ook een conceptalbum samengesteld. Eentje waarvan de afzonderlijke elementen hun tijd ver vooruit waren. Het is dan ook geen verrassing dat het de legendarische Frank Schirrmacher was die Ungerer, geboren in Northeim in 1969 en opgegroeid in Lübeck, ontdekte voor de journalistiek en hem in de jaren 2000 naar de kunstafdeling van de "FAZ" bracht. Ungerer bleef daar echter niet lang, omdat een pensioen daar onverenigbaar zou zijn geweest met zijn beruchte meningsverschillen, die velen met zich meedragen, maar weinigen in zulke zinnen kunnen uitdrukken als Ungerer.
Misschien is dat wel de reden waarom deze auteur tegenwoordig geen contract meer heeft bij een grote uitgeverij: bijna al zijn teksten bevatten een ode aan de non-conformisten. En dat brengt ons bij de literaire wereld. De miniaturen "Obituary", "Turkana Boy" en "Supervolcano" zijn ook pareltjes in de bundel "Night Trip", die het ene na het andere absurde idee bevatten. Alle drie zijn ze afkomstig uit de roman "Everything About the World", uitgegeven door Blessing Verlag in 2008, die helaas momenteel alleen tweedehands verkrijgbaar is, dus de oproep moet zijn: Hé, neem alsjeblieft een uitgever mee in deze roman; hij moet echt heruitgegeven worden!
Voordat hij het boekenlabel "delablå" (delablaa.com) oprichtte, dat Ungerer samen met grafisch ontwerper Anusch Thielbeer runt, leidde hij samen met collega-schrijver Andreas Baum "edition schelf" onder het motto "Literatuur zonder bedrijf". Er zit iets uitdagends in, maar ook iets heel tragisch. De boekenindustrie is volledig gefixeerd op nieuwigheden. Romans waar jaren aan is gewerkt, verdwijnen binnen een paar maanden uit de boekhandel, omdat er elke zes maanden iets nieuws in het nieuws komt, iets dat in het beste geval bedoeld is om zijn spieren te laten zien in een baanbrekend discours dat – net als de massa boeken die genomineerd zijn voor prijzen en andere onderscheidingen – binnen de kortste keren niemand meer zal willen herinneren. Iedereen die gelooft in rechtvaardigheid, al is het maar poëtisch, kan er zeker van zijn dat Klaus Ungerer tijdens zijn leven door het geïnteresseerde publiek als auteur zal worden herontdekt en herontdekt.
Klaus Ungerer: Nachtreis. 11 Verdwijningsverhalen. Delablå, 132 pp., paperback, €15.
nd-aktuell