Hormoontherapie en borstkanker vóór de leeftijd van 55: nieuwste gegevens uit NIH-studie

Inhoud

Een nieuwe studie van Amerikaanse wetenschappers toont aan dat niet alle hormoontherapieën de gezondheid van vrouwen op dezelfde manier beïnvloeden. Hoewel hormoontherapie met alleen oestrogeen het risico op borstkanker kan verlagen, verhoogt de combinatie van oestrogeen en progestageen het risico – vooral bij langdurig gebruik. De resultaten kunnen artsen en patiënten helpen de voor- en nadelen beter af te wegen voordat ze behandelbeslissingen nemen.

Niet alle hormoontherapieën zijn hetzelfde. Onderzoekers van de National Institutes of Health (NIH) analyseerden gegevens van meer dan 459.000 vrouwen jonger dan 55 jaar om te zien hoe verschillende soorten therapieën het risico op borstkanker beïnvloedden. De resultaten waren duidelijk:

Oestrogeentherapie (E-HT) ging gepaard met een 14% lager risico op ziekte.
Oestrogeen-progestageentherapie (EP-HT) ging gepaard met een 10% hoger risico dan bij vrouwen die geen hormoontherapie gebruikten.

"Ons onderzoek biedt meer inzicht in de risico's die gepaard gaan met verschillende soorten hormoontherapie. Hopelijk kunnen patiënten en hun artsen hierdoor beter geïnformeerde behandelplannen maken", aldus dr. Katie O'Brien van het National Institute of Environmental Health Sciences (NIEHS), hoofdauteur van het onderzoek.

Het beschermende effect van oestrogeentherapie was sterker bij vrouwen die eerder met de behandeling begonnen of deze langer gebruikten. In het geval van EP-HT verslechterde langdurig gebruik de statistieken:

Vrouwen die langer dan twee jaar EP-HT gebruikten , hadden een 18% hoger risico om de ziekte te ontwikkelen vergeleken met vrouwen die nooit hormoontherapie hadden gevolgd.

Onderzoekers berekenden dat het cumulatieve risico op het ontwikkelen van borstkanker vóór de leeftijd van 55 jaar:

3,6% bij vrouwen die E-HT gebruiken
4,1% bij vrouwen die geen therapie volgen
4,5% bij vrouwen die EP-HT gebruiken

Het is ook van belang of een vrouw eerder een hysterectomie of ovariëctomie heeft ondergaan. Bij vrouwen bij wie de baarmoeder of eierstokken niet zijn verwijderd, was het risico op EP-HT nog groter.

"Voor vrouwen met een intacte baarmoeder en eierstokken moet het verhoogde risico op borstkanker bij EP-HT aanleiding zijn tot voorzichtigheid", aldus medeauteur van de studie Dale Sandler, MD, van NIEHS.

Hormoontherapieën verbeteren vaak aanzienlijk de kwaliteit van leven van vrouwen die last hebben van overgangsklachten of een operatie hebben ondergaan die de hormoonbalans beïnvloedt. De beslissing om met de behandeling te beginnen, moet echter worden voorafgegaan door een grondige analyse van de voordelen en mogelijke risico's.