Het toerisme, met hoge strandprijzen in juli, zorgt voor een daling van 15% in bezoekersaantallen.

"Zeg ons niet dat het een prijsprobleem is, want dat is het niet. Als er al prijsverhogingen zijn geweest, dan waren die rond de 3 of 4%, in lijn met de inflatie." Antonio Capacchione, voorzitter van de Italiaanse vakbond voor badplaatsarbeiders en lid van Fipe Confcommercio, neemt geen blad voor de mond en probeert de sector te verdedigen, waarbij hij veel consumentenorganisaties tegenspreekt. In werkelijkheid laten de hoge kosten van badplaatsen zich voelen, met prijzen die nu oplopen tot 60 euro per dag in Salento en andere plaatsen.

De economische gegevens voor juli in vergelijking met juni 2025 laten een prijsstijging van 3,7% zien, maar volgens Massimiliano Dona van Consumatori.it is "wat we meemaken nog steeds een optisch effect van de piek van twee zomers geleden, waardoor de prijslijsten met 16% stegen".

"Op mijn strand in Margherita di Savoia (Barletta-Andria-Trani, red.)", vervolgt Capacchione, de president van de badplaatsen, "kost een parasol met twee ligstoelen en een stoel voor vier personen, met toegang tot alle voorzieningen, inclusief parkeren en de mogelijkheid om je eigen eten mee te nemen, 25 euro per dag. Maar doordeweeks heb ik van de twaalf rijen er maar drie bezet . Natuurlijk is het in het weekend vol." Ondanks de hoge prijzen zijn de gegevens van eind juli veelzeggend. Volgens de badplaatsen bedroeg de bezoekersdaling, van Toscane tot Puglia, minstens 15% na een overigens veelbelovende juni en een meimaand waarin regen voor verschillende problemen zorgde.

Volgens Capacchione is het probleem in wezen één: "Gezinnen hebben minder te besteden, dus besparen ze op het eerste waar ze op kunnen bezuinigen: vakanties. Geopolitieke problemen en de verwachting van een verslechterende economie als gevolg van invoerrechten helpen natuurlijk ook niet. Dit is een situatie die we delen met de Duitsers, die ook worden gestraft door deze economische neergang, wat allemaal ten goede komt aan de nieuwe middenklasse, zoals die in Kroatië, Polen en Tsjechië, die hun koopkracht vergroten."

Vervolgens concludeert de voorzitter van de badplaatsen dat als we onze categorie "als nationale sport willen aanvallen, zoals we dat doen met taxichauffeurs en straatverkopers, dan moeten we dat vooral doen, maar dat is niet waar het om gaat."