De Sloveense renner Tadej Pogačar wint voor de vierde keer de Tour de France

Tadej Pogačar won zondag met ruime voorsprong zijn vierde Tour de France-titel na de laatste etappe, die hij probeerde te winnen, ook al was dat niet nodig.

De 26-jarige Sloveense renner won de Tour vorig jaar en in 2020 en 2021.

De tweevoudig Tour-kampioen Jonas Vinegaard finishte de eindstrijd op 4 minuten en 24 seconden achter Pogačar op de tweede plaats en Florian Lipowitz eindigde op 11 minuten afstand op de derde plaats.

De Belg Wout van Aert won de 21e en laatste etappe, die brak met de traditie en drie beklimmingen van de heuvel Montmartre bevatte.

Vanwege het risico op hevige regenval en crashes hadden de organisatoren eerder besloten om de tijden 50 kilometer (31 mijl) voor het einde te neutraliseren, waardoor Pogačar feitelijk de overwinning zou behalen – mits hij wel over de finishlijn zou komen.

Bij Pogačar bleven er op de derde beklimming van de 1,1 kilometer lange heuvel Montmartre nog maar vijf renners over.

Nadat hij de Amerikaan Matteo Jorgenson had afgehouden, werd hij vlak boven op de top verrast toen Van Aert een verbluffende aanval inzette om Pogačar, de beste klimmer ter wereld, op het steilste gedeelte te laten vallen — ja, laten vallen!

Van Aert rolde terug naar de finish en won een prestigieuze etappe. Pogačar zag er vermoeid uit toen hij als vierde over de finish kwam, met een achterstand van 19 seconden.

Maar toen was het tijd om titel nr. 4 te vieren.