Wat is Walpurgisnacht? Waar het bij de nacht van 1 mei allemaal om draait

In de nacht van 30 april op 1 mei zijn de heksen actief: de Walpurgisnacht komt eraan. Deze gewoonte, ook wel bekend als ‘heksenverbranding’, komt vooral voor in Noord- en Centraal-Europa. Walpurgisnacht werd ooit gevierd als een bijgelovig ritueel. Tegenwoordig ligt de nadruk op verschillende gebruiken en feesten die de overgang van de lente naar de zomer markeren.
In Duitsland is de term “Dance into May” bijzonder populair geworden. Op veel plaatsen vinden er evenementen plaats rond de Walpurgisnacht en op het platteland worden traditionele meivuren ontstoken. Maar waar komt deze gewoonte vandaan?
De wortels van deze traditie, die voor het eerst in de middeleeuwen werd genoemd als ‘Walpurgisnacht’, zijn terug te vinden in de prechristelijke tijd. Er wordt gezegd dat het oorspronkelijk een heidens lentefeest was waarmee de Germaanse volkeren het einde van de winter vierden. Ook vandaag de dag zijn veel gebruiken rondom de Walpurgisnacht nauw verbonden met feesten tijdens het warmere seizoen.
Pas met de komst van het christendom kreeg het heidense feest een religieuze betekenis. De naam Walpurgisnacht gaat terug op Sint Walburga, een abdis die in de achtste eeuw in Engeland leefde. In de katholieke en protestantse kerk valt haar herdenkingsdag op 25 februari. De verbinding met de Walpurgisnacht op 1 mei gaat terug tot uw heiligverklaring op die dag.
Als een van de vier data van de zogenaamde Heksensabbat stond de Walpurgisnacht in de traditie van de hekserijleer en heksenvervolgingen uit de vroege moderne tijd. Volgens de legende verzamelden heksen zich op de nacht van 1 mei op de Blocksberg (Brocken) in het Harzgebergte om feest te vieren en plezier te maken met de duivel.
Ter gelegenheid van deze heksennacht werden op 30 april grote vreugdevuren, de zogenaamde heksenvuren of meivuren, aangestoken om boze geesten te verjagen. De gewoonte om rond het vuur te zingen en te dansen bestaat nog steeds – in aangepaste vorm – op de Walpurgisnacht.
Veel moderne gebruiken op 1 mei vinden echter ook hun oorsprong in andere tradities die niet per se direct verband houden met Heksennacht. Voorbeelden hiervan zijn lentegebruiken zoals het opzetten van meibomen of het zingen van mei, waarbij kinderen langs de huizen gaan om snoep te vragen.
Ook de meipunch, een mengsel van wijn en walstro, hoort bij de traditie van het lentefeest en wordt vooral gedronken in de periode tussen Walpurgisnacht en het snijden van de meiboom.
Eén van de populairste moderne gebruiken is echter het 1 mei-dansfeest. De grootste publieke evenementen in Duitsland rondom de Walpurgisnacht vinden nog steeds plaats in het Harzgebergte. Het oorspronkelijke volksgeloof wordt overgenomen; Veel bezoekers verkleden zich als heksen of duivels en vieren feest tot laat in de nacht.
Traditioneel wordt de Meidans vooral in plattelandsgebieden gevierd. Tegelijkertijd verplaatsen de festiviteiten zich steeds meer naar het nachtleven van de stad, waar van 30 april tot en met 1 mei feesten, concerten en andere evenementen onder het motto plaatsvinden.
rnd